Op 5 februari verschijnt “Slonk”, de vierde langspeler van Alkerdeel, wat zoals steeds iets om naar uit te kijken is. Niet alleen muzikaal weten we de band uit het Meetjesland enorm te waarderen, we zijn bij Addergebroed ook fan van hun tongue in cheek-insteek en de grafische aanpak. Het plan was een face-to-face interview te doen met zanger, grafisch vormgever en tekstschrijver Pede en dit – gehesen in een veel te strakke speedo – in de openluchtjacuzzi die in gitarist Pui’s hof staat. Eén of ander virus gooide echter roet in het eten dus deden we onze babbel (die dateert van november 2020) virtueel met een lekker biertje in de hand. Zodra Pede op gang getrokken wordt, staat zijn babbel amper stil wat resulteerde in een gesprek van meer dan twee uur. Het werd niet alleen het langste interview voor deze site tot op heden – dat we om die reden in drie delen opsplitsen – maar ook één van de grappigste en vree wijze parlés uit onze geschiedenis. In dit eerste deel hebben we het o.a. over dialect, oude tapekes, en improvisatie en mogen we jullie het nummer “Zop” exclusief voor de Lage Landen voorschotelen. (JOKKE)

(c) Stefaan Temmerman

Verklarende woordenlijst:
azo = zo
babbel = mond
beestjen = insect
beu = vervelend, irritant
botten = laarzen
den boel = alles
duust = duizend
eulder = hun
eulder kapkes = hun monnikspijen
gepeist – nagedacht
giftigen boel = giftig product
hij wist het sebiet = hij herkende het meteen
ik vind dat super mottig = ik moet daar niets van hebben
kieken = kip
meirelaar = merel
nen toek op uw muil = een vuistslag in uw gezicht
peinzen = nadenken
pimpampoentje = lieveheersbeestje
scheef op mijne velo = dronken op mijn fiets
tapekes = cassettebandjes
voor dood = tot het uiterste
vree = erg
wijs = tof

Slonk” verschijnt vier jaar na “Lede”. Hebben jullie alles uit die plaat gehaald dat eruit viel te halen?
Daar heb ik eigenlijk nog nooit over gepeist. We hebben wel lang zitten wroeten op nieuw materiaal en eigenlijk ook wel wat zitten teren op het gezellig samenzitten in ons repetitiekot, de nieuwe plaat en onze optredens. Ons hoofd stond met andere woorden even niet naar het schrijven van nieuwe nummers. Ik denk dat we ongeveer twee jaar geleden concreet aan “Slonk” begonnen zijn. We hebben ook wel even last gehad van een writers block, maar ongeveer een jaar geleden zaten we dan toch plots in een goede flow. En ook nu nog, en dat is dan wel een verschil met “Lede”, want kort nadat het schrijfproces voor “Slonk” afgerond was, kwamen er al twee nieuwe nummers tot stand. Die zullen waarschijnlijk voor een split gebruikt worden daar we tot de vaststelling kwamen dat een 7 inch eigenlijk nog in onze discografie ontbreekt, haha.

Ook tapes ontbreken volgens mij in jullie repertoire, niet?
Klopt, als je onze demo niet meetelt die nog old-school op een stereo gedubd is.

Ondertussen is dat medium volledig terug als geluidsdrager. Zijn er plannen om de back catalogue en nieuwe plaat ook op dit formaat uit te brengen?
Voor “Slonk” hebben we al een aanbod gehad, maar we willen eerst voor de reguliere release gaan en dan misschien een half jaar later wel een tape uitbrengen, maar ik zou dat liefst doen met een label waarvan we de mensen erachter kennen. En qua back catalogue is dat misschien geen slecht idee, daar moet ik nog eens verder over peinzen. Ik dacht eigenlijk dat die tape revival maar van korte duur zou zijn, maar het is blijkbaar wel een blijvend iets.
Ik vind het geluid van tapes echter wel nog steeds vree wijs, want ik ben daar mee opgegroeid. Op mijn elf jaar heb ik twee jaar zitten teren op AC/DC’s “The razors edge” totdat ik dan van mijn neef “Life after death” op tape kreeg. Het is dan ook een vertrouwd geluid uit mijn tape trading tijd. Ik denk dat het Maniac was die ooit zei dat hij een tapeversie van Tormentor’s “Anno domini” had die zo veel gekopieerd was dat die zo vree dungeon klonk en nadien teleurgesteld was toen hij de nieuwe versie hoorde hoewel die nog steeds heel vet klonk. ‘t Heeft wel iets hé.
Mijn opa had ook massa’s tapes met van die accordeonmuziek op. Ik kreeg die toen hij gestorven was en gaf er enkele van aan QW, onze bassist, om op te kopiëren. Ik kreeg die dan terug en daar stond dan bv. Marduk op en dan stopte dat plots en ging dat over in “Zwei kleine Italiener”, haha. We lachen daar soms nog om. En als ik voor hem tapes opnam, liet ik soms een nummer weg zodat het album op één kant paste. Als hij dan nadien de CD kocht, was het van “Fuck! Ge hebt mij niet alles gegeven!” Haha.
Wel komt er binnenkort een vinylheruitgave van “Morinde” aan daar die volledig uitverkocht is. De plaat werd opnieuw gemastered en voorzien van nieuwe kleuren voor het artwork.

Ik ben de albumtitel eens gaan opzoeken in mijn woordenboek en ‘slonk’ betekent zo veel als ‘slim’ of ‘doortrapt’. Is dat ook de betekenis die jullie aan het woord geven?
Ik kende het woord zelf niet. Het komt van Pui en Nieke (drummer) uit de kant van het Meetjesland waar zij wonen. Het was eigenlijk oorspronkelijk de werktitel van het eerste volledige nummer dat we hadden. We hebben een hele waslijst aan wijze woorden en uitspraken waar we ooit eens iets mee willen doen en die op een bord in ons kot staan geschreven, maar we waren er eigenlijk al vrij snel uit dat we iets met dit woord wilden doen.
Maar dan begon ik aan het artwork en doordat dat op een bepaald concept gebaseerd is, wou ik dat doortrekken in de titels, teksten en foto’s. Hierdoor zijn alle werktitels eigenlijk veranderd (“Slonk” is dan uiteindelijk “Eirde” geworden) en had de plaat ook een andere naam, maar de rest vond die te arty farty haha. Dan is de democratie beginnen gelden en is “Slonk” de titel van de plaat geworden omdat ze dat zo’n wijs woord vonden dat eigenlijk wel goed past als overkoepelende naam. Ze hebben me dan laten doen met het uitwerken van de rest van de plaat.
De betekenis van “Slonk” kan volgens gitarist Pui als volgt geïllustreerd worden: Stel dat je vrouw heel de dag binnenshuis bezig is geweest met alles op orde te leggen en te koken en jij bent heel de dag in de tuin bezig geweest en je komt binnen met nog wat modder aan je botten en schuift gewoon je benen onder tafel en begint te eten. Dat is ‘slonk’. Nonchalant dus. Je m’en fou eigenlijk. Letterlijk is het misschien niet van toepassing op de plaat, maar achteraf bekeken klopt de betekenis van ‘slonk’ wel als je het toepast op bijvoorbeeld het artwork dat gebruik maakt van foto’s, teksten, duust linken en knipogen (ook in onze muziek, wat we altijd al gedaan hebben) en stijlen.   

Voor het eerst worden de teksten mee in de lay-out geplaatst, ook al zijn ze in het Nederlands en bevatten ze wel wat dialect waardoor slechts een klein deel van jullie publiek ze zal verstaan. Hebben jullie nu pas een boodschap te melden die jullie de luisteraar willen meegeven?
Dat is eigenlijk niet volledig waar want op de achterkant van de sleeve van de split met Nihill die we via Hypertension records hebben uitgebracht, staat de tekst van “SHSRR”. En ook het nummer “Hessepikn” heeft een volledig uitgeschreven tekst, maar die is nog nooit gepubliceerd geweest omdat ik daar geen zin in had. Da’s ons ding en de rest kan er maar naar fluiten. Maar misschien heeft dat ook wel wat met onzekerheid te maken hoor. Zo van: “Durf ik dat vrijgeven?” Maar voor “Slonk” voelde dat nu wel juist aan ook al is het schrijfproces voor mij moeilijk aangezien ik in beelden denk en geen tekstschrijver ben.

Dat is eigenlijk amper te merken hoor want ik vind dat de beeldende teksten als een soort poëzie lezen. Zijn er bepaalde schrijvers of dichters die jouw schrijfstijl mede vorm geven?
Totaal niet, want poëzie, ik vind dat super mottig hé. Ik kan geen twee regels poëzie lezen. Misschien barbaars om te zeggen maar ik vat dat ook niet of kan niet zeggen wat ik wel of niet goed vind. Boeken en zeker tijdschrijften lees ik dan weer wel veel.
Maar dat beeldende klopt zeker. Neem nu bijvoorbeeld dat stripverhaal aan de binnenkant van de klaphoes van “Lede”. Wat je ziet is ook effectief de uitbeelding van de tekst van “Regardez ses yeux”, maar er zitten dan ook weer links in naar “Dyodyo Asema”, de plaat die we met Gnaw Their Tongues maakten.

Maar voor “Slonk” was ik ervan overtuigd dat teksten nu wel in het geheel van de beelden en foto’s en het concept zouden passen. Ik ben beginnen schrijven, en dat was moeilijk, maar uiteindelijk deed ik dat wel graag, zeker toen ik er zo wat begon in te komen. Ik had dat niet verwacht.
Reeds van in het begin van Alkerdeel vinden we het wijs om mensen op het verkeerde been te zetten. En dat op verschillende manieren. Muzikaal, maar ook qua concept en beelden. En dat werd doorgetrokken in de vormgeving.

Waren er voorheen ook vaste teksten of was het veeleer improvisatie?
Een zeer belangrijke reden waarom we vroeger bijna geen teksten vrijgaven, is het feit dat de band, voor dat we Alkerdeel heetten, eigenlijk als jamband begonnen is, met improvisatie inderdaad als belangrijk uitgangspunt. Nieke en Pui jamden de hele tijd en ik deed daar wat op mee en dat heeft vrij lang een invloed gehad. De helft van de teksten op “De speenzalvinge” en “Morinde” is dan ook fonetisch en wat ik zing is gebaseerd op beelden die ik op dat moment in mijn achterhoofd heb. En bovendien vond ik dat ook wat beu om elke keer hetzelfde te zingen. Ik ben geen aapje aan een draailier die elke keer hetzelfde wilt doen. Ik vond het wijs dat er daar vrij veel vrijheid op zat. Er was wel een concept van een nummer, maar ik moest niet telkens compleet hetzelfde verhaal brengen, ik kon al eens een zijslag nemen. Stel dat een nummer gaat over een reis die je maakt van hier naar de Himalaya, dan vind ik dat wel wijs dat ik bijvoorbeeld even in het Midden-Oosten kan blijven hangen. Dat beeld azo. Maar vanaf “Lede” begon ik daar stilaan op vast te lopen, het improviseren ging mij niet meer af en dat is ook de reden dat ik de teksten nu heb uitgeschreven. Het is dus niet zo beredeneerd en puur een gevolg van mijn gevoel.

Ook het gebruik van dialect is nog steeds aanwezig?
Ja, omdat dat voor ons het meest natuurlijke is hé.

Wat betekenen oude songtitels zoals “Hessepikn” en “Verdesteleweern”?
Een “hessepikr” is en beuzak, nen beue nijdigaard azo. Iemand die u bewust gaat tergen. En “verdesteleweern” betekent den boel overhoop halen, kapot maken. 

En vanwaar de slogan “Only awdeud is real!” op jullie website? Een persiflage op “only death is real” neem ik aan?
Ja, komt van Fenriz en Isengard, omdat we dat zo wijs vonden, maar we doen dat al van in het begin hé. Op “Morinde” stond “only live is real” omdat dat grappig was maar ook verwees naar het feit dat die plaat live opgenomen werd. Op “Lede” staat dan weer “only the lonely”, haha! Op “De speenzalvinge” hebben we de “only” even laten vallen en staat er “Blesken are the sick” als parodie op “Blessed are the sick” van Morbid Angel en als grappig eerbetoon aan Blesken van Sylvester Anfang en het Funeral Folk label die die plaat opnam.
Awdeud’ komt van ‘aldood’, verklaart Pui, ‘alles dood’ maar dan in het dialect uitgesproken en is de pesticide E605 van vroeger, een mega giftigen boel. In het meetjesland wordt een “l” dikwijls als een “w” uitgesproken. ‘Pils’ is dan bijvoorbeeld ‘piws’, vandaar dus ‘awdeud’, haha. Als ze daarmee sproeien, gaat werkelijk alles dood. E605 wordt vaak gebruikt om tussen de klinkers te spuiten om het gras en onkruid te verwijderen, maar alles gaat dood, van de pimpampoentjes tot vlinders tot het bedoelde onkruid, maar soms zelfs ook de meirelaars die de dode kevers opeten. Da’s van de generatie van onze ouders, die moeten niet weten van al die andere groenvriendelijke troep, net zoals ze alleen maar “echte carboline” willen. Mijn pa zei dan “nèh, daar kruipt in geen 20 jaar nog een beestjen in! Ik moest de balken thuis altijd carbolienen, en had altijd brandwonden op mijn vel van dat in de zon te doen.

Ik herinner me dat bassist QW me ooit vertelde dat hij er soms van stond te kijken hoe goed er op alles wat Alkerdeel doet gereageerd wordt aangezien “we maar wat doen wat ons goed lijkt”. Is Alkerdeel een band die veel moeite moet doen om in de gratie van het publiek te vallen?
Goh, moeilijke vraag, we werken wel kei hard aan Alkerdeel hoor. Toen we met Alkerdeel begonnen was ik al een stuk in de twintig. QW had al ervaring met Thee Plague Of Gentlemen en Pui en Nieke met Headmeat, twee bands waar ze wel wat mee hebben kunnen bereiken, maar ik merkte dat veel van mijn andere vrienden om één of andere reden met hun bands wat in jeugdhuizen bleven rondhangen.
Feit is wel dat wij vree veel chance hebben dat vree veel mensen voor ons iets willen doen. Labels als Funeral Folk of Consouling Sounds zijn naar ons gekomen. We hebben nooit moeten shoppen. Dat betekent echter niet dat wij op onze lauweren rusten en niets doen, alles behalve.
Het is wel zo dat we destijds nog meer sludge-invloeden in onze sound hadden en daardoor veel aandacht kregen van de achterban van ons label Consouling Sounds, terwijl dat eigenlijk minder onze roots zijn. Er zijn wel sludgebands die we wijs vinden, maar eigenlijk zijn wij redelijk eenzijdige metalfans. Maar in dat genre is het dan weer moeilijk om binnen te geraken aangezien wij een tamelijk eclectische sound hebben. Daar werken wij dus keihard op. Doelgericht netwerken, maar alles altijd wree rustig aan. Lukt er iets niet, dan lukt er iets niet. Touren in het buitenland bijvoorbeeld, da moe gelijk allemaal ni meer. Komt het, dan komt het, zo veel te beter, maar we hebben geen torenhoge ambities.

Alkerdeel lijkt me een band te zijn die geen groots uitgetekend masterplan heeft, maar eerder volgens het buikgevoel werkt en dat op een moment dat de tijd er rijp voor is. Is dat daadwerkelijk zo?
Dat buikgevoel dat je noemt is vree belangrijk. We overleggen natuurlijk wel over bepaalde zaken, maar het aller belangrijkste is dat we ons bij alles wat we doen goed voelen. Een vree cliché antwoord, ik weet het, maar ‘t is wel zo. We hebben ons nooit van iets iets aangetrokken. Als wij iets wijs vinden, dan doen we dat. Dat is onze sterkte, maar dat maakt het soms ook een beetje complex.

Ook spontaniteit lijkt me een belangrijke bandwaarde te zijn. Klopt het dat de opname van één van de nummers eigenlijk de soundcheck was en dat jullie niet wisten dat de opnameknop reeds ingedrukt was, maar omdat het goed klonk besloten deze opname dan maar op plaat te zetten?
Ja, toch zeker een stuk. Eigenlijk is dat al bijna van in de beginne zo dat we in één take opnemen. Niet dat we dat als idefix doen, maar meestal is het resultaat ook goed na één of twee takes. We willen het “moment” vastpakken. Enkel op onze EP “De bollaf!” werd elk instrument apart opgenomen, maar we besloten dat meteen daarna nooit meer te doen omdat dat niet als ons klinkt. De zang werd wel soms apart opgenomen.

Sinds de “Luizig” demo heeft jullie sound natuurlijk een grote evolutie doorgemaakt, ook productioneel gezien, hoewel jullie natuurlijk verre van een afgelikte sound hebben. Voor de eerste keer komen de baslijnen van QW, jullie geheime wapen wat mij betreft, écht goed naar voor in mix. Wie zijn zijn rolmodellen als bassist?
Waarschijnlijk meerdere maar diegene waar ik zeker over ben zijn Maiden’s Steve Harris en Skoll van Ved Buens Ende. Eigenlijk kan je er beide wel uithalen. Hij heeft enerzijds dat galloperende en anderzijds dat meanderende. Onze producer Fre zegt soms dat het lijkt alsof hij reggae aan het spelen is, haha, de chillheid op die harde muziek lijkt inderdaad soms wel azo. Ondertussen heeft QW met die invloeden wel zijn eigen stijl ontwikkeld en we werden ons daar op “Lede” stilaan bewust van. Nu hoor je dat nog meer. Hij voegt soms kleine nuances of oscillerende sounds toe die als loops uit elektronische muziek klinken zoals bij Silver Apples of Klaus Schulze. Die baslijnen moesten er nu dan ook sterk uitkomen omdat ze essentieel en een dragende factor zijn.

Ik vind dat een Alkerdeel gig soms ook staat of valt met hoe goed QW zijn baslijnen doorkomen. Als de lage tonen niet goed in de mix zitten, klinken jullie soms wat modderig, maar als de basgitaar goed afgesteld staat, voegt zijn basspel echt een andere dimensie toe aan jullie sound.
Ah, dat is de eerste keer dat ik dat op die manier te horen krijg. Maar ja, wij weten dat niet want wij hebben dus geen idee hoe wij live klinken hé.

Jullie hebben zoals eerder gezegd een vrij eclectische sound en kunnen daardoor zowel voor een sludge, black als Indie publiek optreden. Bij sommige bands of genres is het vrij gemakkelijk om de gemiddelde fan te omschrijven, maar bij jullie is dat een pak moeilijker.
Klopt, dat is heel verscheiden en ik vind dat eigenlijk wel wijs. Zo hadden we bijvoorbeeld nooit gedacht dat we op Alcatraz Metal Festival zouden spelen. In het begin wilden we immers echt in die lofi underground blijven, maar je verandert ook doorheen de jaren hé. Op Alcatraz Metal Festival merkten we echt dat we blijkbaar toch in de gratie van een breder publiek vallen. In het buitenland zien we wel meer het type metalfan dat je kan linken aan Magasin 4, het Chaos Descends Festival of Roadburn. En zeker in de begindagen en de Funeral Folk tijd kwamen er ook veel niet-metalfans naar onze optredens, eerder fans van alternatieve of experimentele muziek.

Deel 2