De Zwitserse band Antiversum, met ondermeer enkele leden van Blakk Old Blood en Dominion Of Suffering in de gelederen, behoort tot de zeldzame slag muzikanten die liever een kloof in de kosmos openen dan een publiek te behagen. Zeven jaar na het claustrofobische langspeeldebuut “Cosmos comedenti“ keert de groep terug met de tweede langspeler “De nemesis omnes et omnia” die nog dieper de leegte induikt en wij dalen met veel plezier mee af in dit zwart gat waarin black, death en doom oplossen tot één amorfe massa van klank en chaos.
De plaat opent met “Pulsar feralis”, een veertien minuten durende beproeving waarin de luisteraar meteen wordt ondergedompeld in een vacuüm van echo’s, trage ritmes en bezwerende dissonantie. De productie is log en stoffig, alsof het geluid zelf door eeuwenoude puinlagen moet breken. “Scudo-nero” en de titeltrack borduren verder op dat gevoel van onafwendbare instorting. De drums denderen zwaar en plechtig voort en de riffs hangen als rook boven een brandend slagveld. Daar waar we de zang op “Cosmos comedenti” nog aan de eentonige kant vonden, lijkt de stem van de zanger nu eerder op een natuurkracht dan een menselijke uiting, luister maar eens naar de laatste seconden van de albumopener. De vocalen variëren van gruizige gorgelende kreten tot schrille uithalen en passen bij het thema van kosmisch verval en nihilisme. “QBism” en de op dertien minuten afklokkende afsluiter “Vuoto” brengen geen verlossing, hoogstens een vorm van berusting. De laatste minuten van het album klinken als het uitdoven van een zon, een moment van sublieme vernietiging waarin schoonheid en ondergang samenvallen.
Waar het voorgaande album soms nog het menselijke perspectief toeliet, lijkt “De nemesis omnes et omnia” dat volledig te hebben uitgewist. Hier spreekt enkel nog het universum zelf en dat op een koude, cyclische en onverschillige manier. In de beste momenten verstaat Antiversum de kunst om met minimale middelen een maximaal gevoel van dreiging te scheppen. Stilte wordt ingezet als wapen en elk akkoord weegt door als lood. Toch verliest de band zich af en toe ook al eens in te lang uitgesponnen passages; met een speelduur van 56 minuten had het geheel baat gehad bij wat meer snoeiwerk.
“De nemesis omnes et omnia” is een album waarop niet alleen de grenzen tussen black, death en doom metal vervagen, maar ook tussen materie en leegte, tussen schepping en ontbinding. Wie zich erdoor laat meeslepen krijgt een tocht door verstilde desolatie, rauwe dreiging en uiteindelijk een contemplatie van nietsheid. Voor fans van Mitochondrion, Portal, Impetuous Ritual en soortgelijke acts is dit een aanrader.
JOKKE: 80/100
Antiversum – De nemesis omnes et omnia (Amor Fati Productions 2025)
1. Pulsar feralis
2. Scudo-nero
3. De nemesis omnes et omnia
4. QBism
5. Vuoto
