Wanneer ik materiaal van de hand van zwartkunsttovenaar Swartadauþuz te horen krijg, waan ik me steevast terug ergens midden jaren negentig. Er zijn maar weinig black metal-muzikanten die zo’n bodemloos vat aan creativiteit zijn en niet op een middelmatige release betrapt kunnen worden. En dat is heel wat als je weet dat deze Zweed al meer dan zestig releases uitpoepte (ja, ik ben ze met mijn telraam in de hand gaan tellen op Metal Archives) met tal van acts waarvan Azelisassath, Bekëth Nexëhmü, Digerdöden, Gnipahålan, Musmahhu, Muvitium, Mystik en Daudadagr de bekendere zijn.
In het geval van Greve beroert Swartadauþuz alle snaarinstrumenten en keyboards en wordt hij op zang bijgestaan door Lik waarmee hij tot 2016 bij Bekëth Nexëhmü samenwerkte en de Finse drummer Lima, gekend van o.a. Azaghal en Hautakammio. In 2019 verscheen Greve’s veelbelovende EP “Nidingsdåd utav det Uråldriga” en diens twee songs deden ons volop watertanden naar meer. In de vorm van “Nordarikets strid” volgt gelukkig al snel een volwaardige langspeler die naast een intro en outro – obligaat bij dit type door keyboards voortgedreven zwartmetaal – een cover van een Gnipahålan demosong en een nummer van de EP (“I svarta solens magi“) ook nog vier nieuwe composities bevat. En die zijn opnieuw om van te smullen.
Greve’s atmosferische black metal is muziek voor eenzame wolven die bij nachte door duistere wouden trekken om schaapjes van onoplettende herders aan hun tanden te rijgen. Het spectrale klankenpallet dat ons veertig minuten lang betovert, schildert een dromerige en mystieke sterrenpracht op een gitzwart nocturnaal canvas alsof Greve een kosmische sleutel naar lang vervlogen tijden op zak heeft. U snapt de omschrijving ongetwijfeld. Lik’s vocalen beslaan een uitgebreid krijs- en fluisterpallet, gaande van bijtend hoge tot bestiale lage regionen, maar doorgaans produceert hij gortdroge hoge ijselijke screams die voor sommigen misschien een te hoog Donald Duck-gehalte zullen bevatten. Ik vind het in elk geval geweldig evil klinken. De keuze om in de vorm van “Ur nordiskt vrede” een nummer van één van je eigen andere bands te coveren, vind ik wel een tikkeltje vreemd, zeker aangezien deze song veruit de rustigste en meest dromerige is die er op “Nordarikets strid” prijkt. Het zorgt echter wel voor wat afwisseling in Greve’s keizerlijke authentieke en magische black. Dit is pure Nordic black metal art. Het eerste hoogtepunt van 2020 is een feit.
JOKKE: 88/100
Greve – Nordarikets strid (Purity Through Fire 2020)
1. Intro
2. Vid dödens tröskel
3. Nordarikets strid
4. I svarta solens magi
5. Det gamla rikets ruin
6. Ur nordiskt vrede (Gnipahålan cover)
7. Offerbal till gudarna
8. Outro