Finse zwartgeblakerde deathmetaloutfit Desolate Shrine heeft zonet zijn vijfde langspeler uitgebracht, en lijkt zich voor het eerst sinds zijn formatie in 2010 op een andere speelstijl te richten. Low end riffs scheuren voorbij, er is plaats voor breaks tussen de blastbeats en hier en daar haakt bezieler Lauri L. in met verbazend ritmische en melodieuze gitaarlijnen. Tijd om te ontdekken wat deze ontwikkeling heeft doen manifesteren, en hoe alleenheerser Lauri zijn grootste project als muzikant en kunstenaar zelf beleeft. (JULES)

Lauri – bedankt dat je tijd wou vrijmaken voor deze vragen. Je lijkt me een drukbezet man. Ben je tevreden met “Fires of the dying world“, alweer het vijfde wapenfeit van Desolate Shrine?
Geen probleem. Ik hou mezelf graag bezig dus dit voelt als een vrij constante toestand. Ik ben eigenlijk erg blij met het album. Hoewel er hier en daar wat uitdagingen waren tijdens de schrijffase, zijn we er toch in geslaagd om de nodige focus te vinden.
Hoe kwam “Fires of the dying world” tot stand?
Ik had een drie- à viertal nummers gecomponeerd na “Deliverance from the godless void” die wel goed aanvoelden – hier en daar zelfs echt goed – maar ze voelden al snel te te hard aan als ”Deliverance….” deel twee. Dan maar wat doortrapte soul searching doen en proberen uitvissen wat ik met de band moest doen. Ik ben net twee andere bands begonnen, één meer (funeral-) doomachtig, die me veel vrijheid gaf om melodieën en zelfs op klassieke muziek gebaseerde akkoordenschema’s te incorporeren, wat me op zijn beurt dan weer deed beseffen dat ik een scherpere scheiding tussen de bands moest maken. Deze hele gedachtestroom bracht uiteraard een semi-existentiële crisis in me op gang. Het directe gevolg daarvan was dat ik me met Desolate Shrine gewoon veel meer op riffs gebaseerde death metal moest gaan spelen.
De plaat lijkt inderdaad veel meer voorzien van hooks en grootse structuren en slepende gitaarriffs dan wat je in de beklemmende aard van hun voorgangers teweeg wist te brengen. Al met al voelt het aan als een ietwat andere benadering van wat we gewend zijn van een Desolate Shrine full-length. Heb je die nieuwe inspiratiebronnen gevonden?
Precies, dat was de bedoeling. Ik wilde iets nieuws op tafel brengen – meer riffs, in dit geval. Ik ben vrij uitgebreid op zoek gegaan naar Finndeath uit de vroege jaren 90 en enkele geselecteerde “rare death metal albums“, zoals pakweg “Soulside journey“. Dit is waarschijnlijk voor de luisteraars heel duidelijk. Ik wilde enkele “riff salad” nummers maken, maar toch proberen om een zo goed mogelijke flow te behouden, voorzien van enkele bizarre maar op een bepaalde manier toch ook logische tempoveranderingen, enzomeer. Wat er na “Fires…” gebeurt, daar heb ik geen idee van. Mogelijks keer ik weer terug naar de songwritingstijl van voor deze plaat, of ga ik nog voor iets totaal anders.
We zullen het moeten ontdekken. Kan je wat meer vertellen over het schrijfproces voor Desolate Shrine – jij schrijft alle muziek en neemt alle instrumenten op, en MT en RS werken samen aan de zangpartijen.
Het is rechttoe-rechtaan en toch ook weer niet. Het moeilijke deel is om een kiem te zaaien waar een nummer uit kan groeien: een idee, een thema of een melodie. Vaak komt zoiets uit het niets tevoorschijn terwijl ik voor me uitstaar en gitaar speel. Daarna gaat het songschrijven verder op automatische piloot – ik volg gewoon mijn intuïtie en creëer de ene riff na de andere vanuit die initiële kern. Ik denk niet vooruit of ik een lang, kort, agressief of complex nummer moet maken – in plaats daarvan laat ik het zaadje zichzelf volledig ontkiemen.
Heb je ooit de nood gevoeld om het schrijfproces met anderen te delen?
Neen. Ik ben altijd een doe-het-zelver geweest en het voelt goed.

Zanger M.T. heeft het sinds jullie vorige release “Deliverance from the Godless void” op zich genomen om de teksten voor Desolate Shrine samen met zijn collega R.S. te produceren. Nam jij daarin zelf initiatief of wou hij delegeren?
Deze keer hadden we zelfs drie schrijvers, allen “gesteund” door M.T. zelf. Op een gegeven moment realiseerde M.T. zich dat hij niet altijd genoeg creatieve energie en/of tijd heeft om alle teksten zelf te schrijven, aangezien hij ook veel teksten voor andere bands schrijft. We hebben in goed overleg besloten dat om dit album af te krijgen, we hulp nodig hadden. Dus heeft hij de andere schrijvers ingelicht en hen de vrijheid gegeven om te doen waar ze goed in zijn.
Is je werkrelatie met beide vocalisten veel veranderd in de loop der jaren?
Niet veel, denk ik. Alles is grotendeels hetzelfde – we hebben allemaal onze rol te vervullen en als iemand de boel wil opschudden, is dat ok. Tot nu toe heeft dit meer dan goed genoeg gewerkt.
Een paar jaar geleden merkte je in een interview met NCS op dat je niet al te ervaren was met het spelen van gitaar – iets waarvan ik het gevoel heb dat het voorheen minder opviel omdat de drums altijd zo in de spotlight stonden. Heb je je vaardigheden nog kunnen uitbreiden tijdens de lockdowns van 2020-2021?
Dat is waar. Ik heb nooit geoefend met gitaarspelen en ook nooit nummers van andere bands leren spelen. Ik heb daar veel spijt van, want het zou mijn schrijfproces zeker makkelijker hebben gemaakt, hah. Ik heb wel eens geprobeerd om een nummer van Guns ’n Roses te leren, gewoon om te kijken of ik het kon, maar ik verveelde me halverwege het proces ter dood. Ik denk dat het spelen van gitaarpartijen gemaakt door andere, echte gitaristen, me zeker zou helpen om nieuwe invalshoeken in mijn spel te vinden. Maar de waarheid is – ik heb nauwelijks genoeg tijd om te drummen, leren mixen et al – dus een goede gitarist zijn staat niet uitermate hoog op mijn bucketlist. Een noodzakelijke opoffering, maar het komt allemaal neer op de keuze “wat ik het liefste wil doen”: in mijn geval is dat tracks schrijven en ze zo goed mogelijk uitvoeren. Een groot en technisch gitarist zijn is daarvoor geen vereiste. Goed genoeg zijn werkt.
Ik heb gemerkt dat ik tijdens de covidcrisis veel meer muziek schreef dan vroeger, en dat heeft ongetwijfeld een impact gehad op mijn gitaarspel. Om nu te zeggen dat ik er zeker van ben dat het publiek daar iets van zou merken, geen idee. Misschien op toekomstige albums.

Hoe heb je deze langdurige perioden van isolement in het algemeen ervaren?
Voor mij is het best ok geweest. Ik moet eerlijk zijn – als deze lockdowns 10 jaar geleden waren gebeurd, zou ik verdomd pissig zijn geweest. Maar nu ik ouder word, nu mijn katers verschrikkelijk zijn en ik een veel kleinere tolerantie heb voor sociale activiteiten – is het eigenlijk wel goed geweest. Genoeg tijd om muziek te schrijven, films te kijken en dingen te doen die ik normaal… toch liever zou doen. Om cru te zijn, het voelde voor mij persoonlijk hooguit als een klein ongemak aan.
Zou je op een gegeven moment meer mensen willen laten meewerken aan het schrijfproces voor Desolate Shrine, of blijft dit hoogstwaarschijnlijk een (grotendeels) eenmansproject? Waarom is dat?
Ik ben er vrij zeker van dat ik nooit iemand voor Desolate Shrine zal laten schrijven. Het is in zekere zin iets heel persoonlijks en ik doe dit al 12 jaar. Ik zou liever een nieuwe band vormen met iemand waarmee het muzikaal klikt en zien waar het naartoe gaat.
Het is tegenwoordig vrij zeldzaam om een band vijf opeenvolgende volledige albums te zien afleveren, vanaf de eerste productie. Geen demo’s, geen ep’s, geen splits?
Als ik begin te schrijven, eindig ik meestal met enkele complete nummers. Dan neem ik al eens een welverdiende pauze om wat nieuwe ideeën te verzamelen – dat zou een heel natuurlijk punt zijn om het op een EP te houden. Maar om de een of andere reden wil ik toch echt full-lengths doen.
Misschien is er een onderbewuste stem in mijn hoofd die me vertelt dat drums van mics voorzien en het instellen van alle andere opnameapparatuur voor “maar een paar liedjes” te veel werk is. Het zou een heel ander verhaal zijn als ik gewoon naar een studio zou gaan en zou spelen, maar als ik het hele proces in mijn eigen handen heb, voelt het vervelend om steeds opnieuw te beginnen.

Maak je ook kunst voor andere bands of in andere creatieve outlets, of heb je tot nu toe alleen je artwork gebruikt voor Desolate Shrine albums?
Uiterst zelden. Ik zet mezelf niet echt in de markt en vraag bands niet om met me te werken, dus ik heb tot nu toe alleen gewerkt met een handjevol echte vrienden, bands van hetzelfde label, enzovoort. Voor mij is het proces van kunst maken erg belastend omdat ik geen getrainde artiest ben – ik moet veel werk verzetten om dingen goed te krijgen. Bijvoorbeeld de cover van Convocation´s “Ashes coalesce” was veel meer werk dan het lijkt omdat ik niet zo goed ben in menselijke anatomie en best wel worstel met licht en schaduw met een hoog contrast. Ik moest dat eigenlijk allemaal van bij de basis leren om het concept uit mijn hoofd te krijgen. Het is een uitdaging, maar ik maak graag kunst, ook al is het nodeloos bewerkelijk.
Hoe komen deze prachtige stukken tot leven?
Ik begin altijd met naar de muziek te luisteren en probeer de sfeer te pakken te krijgen. Wat wil de band met deze muziek vertellen? Wat voor soort lyrische thema’s zijn aanwezig? Dan probeer ik drie of vier concepten te bedenken die goed aanvoelen – om dan minstens de helft weg te gooien omdat ik in mijn hoofd niet kan bedenken hoe ik er cool uitziende stukken van kan maken. Ik ken mijn eigen stijl, dus sommige ideeën die ik heb, passen niet echt bij mijn stijl enzovoort. Voor “Fires of the dying world” had ik het concept meteen goed, maar was de uitdaging dan weer om de compositie goed te krijgen. Met een beetje vallen en opstaan begon het mooi te klikken.