Wat muziek beluisteren betreft ben ik tamelijk old school en zweer ik bij een fysiek medium zijnde vinyl, tape en af en toe nog eens een CD’tje. Spotify of andere streamingplatformen zijn niet echt aan mij besteed. Maar dan spreek ik vooral over recreatief luisteren, want doorheen de stortvloed aan nieuwe releases die voor Addergebroed gedissecteerd moeten worden, manoevreer ik wel digitaal. Deze korte introductie dient als bruggetje voor de tweede langspeler van het West-Vloamse Dudsekop “Wuk emme nog van leevn“. Naar aanleiding van deze nieuwe worp werden vorig jaar reeds drie singles op enkele weken tijd digitaal de wijde wereld ingestuurd. Hoewel ik best onder de indruk was van deze tracks, gingen ze daarna echter een beetje verloren in de digitale ontastbare ether. Ik ben dan ook maar wat blij dat deze drie krakers, vergezeld van zeven verse composities, op de tracklist van “Wuk emme nog van leevn” terug te vinden zijn en dat deze wel een fysieke uitgave zal krijgen.
Aftrappen doen de heren met de akoestisch vertolkte en helder gezongen onheilspellende introductie “Ertzeer” waarna “Brandstoake” de extremiteitsmeter de hoogte in stuwt middels vlijmscherpe tremolo’s, vitriole krijszang en retestrak stuwend drumspel. Heel wat variatie trouwens in deze song want swingende black ’n roll passages genre Khold worden afgewisseld met meer rechtlijnig beukwerk en in de staart zit nog een flitsende solo verwerkt. “Plukkevort” blijft een beestige song zoals jullie reeds in de review van de singles konden lezen. Van de spiksplinternieuwe composities is het mid-tempo “Tenn oasem” degene die me het meest bij de lurven weet te grijpen met zijn aanstekelijke koave zworte metal die bij momenten heel dicht bij old-school Scandinavische black metal in de buurt komt en naar het einde toe toch nog extra venijnig uit de hoek weet te komen. “Corbiaar” blijft zo wat over de meest catchy Satyricon-achtige openingsriff uit het Dudsekop-repertoire beschikken. Verder ook heel wat sludge en zelfs een snuifje Machine Head in deze track.
Niet alleen zitten de muzikale schrijfsels heel dynamisch, afwisselend en gevarieerd in mekaar – “Stier bie d’hoarns” is hier een mooi voorbeeld van – ook vocaal valt er heel wat te beleven. Zo zijn er maar liefst drie andere zangers en één zangeres te horen naast nieuwe brulboei Tijsman, tevens actief bij Her Fault. Gitaristenduo Joost “Fury” Noyelle en Wouter Vandal gooien naast hun snarenplukkende vingers immers ook hun stembanden in de strijd. Ex-frontman Bjorn Bossu is nog te horen op de drie reeds eerder vrijgegeven singles, maar besloot in tussentijd al zijn aandacht op Darqo te focussen. Luna Noyelle, tenslotte, zorgt voor de engelengezangen op “Zerkemos” en “Stier bie d’hoarns“. De vele cleane zangstukken zorgen niet alleen voor wat contrast met de bijtende en blaffende screams, het geeft Dudsekop ook een eigen smoelwerk.
Tenslotte ook best wat akoestisch gitaarspel op deze tweede plaat en dat niet alleen in de intro en het interlude “Huidhonger II” want ook het furieuze “’n Ofgrond” bevat bijvoorbeeld onverwachts getemperd akoestisch gitaarspel. “Zerkemos” zoekt zelfs aanknoping bij de folky kant van vele Noorse blackmetalbands waarna het titelnummer alles nog eens in lichterlaaie zet met zijn schedelsplijtende zwartgeblakerde agressie.
Dudsekop bewijst met “Wuk emme nog van leevn“, waarvan u hieronder de exclusieve full stream kan beluisteren, geen eendagsvlieg te zijn die al haar kruit reeds op debuut “Liksems” verschoten heeft. Twijfelaars zouden nu toch echt wel over de streep getrokken moeten worden. De sterkte van deze West-Vloeters zit em in de goed uitgekiende en verrassende composities waar je niet zo maar één referentienaam op kunt plakken. Én in de retestrakke uitvoering. De heren hebben heel wat shows op de planning staan ter ondersteuning van deze tweede schijf. Ga dat zien zou ik zo zeggen!
JOKKE: 85/100
Dudsekop – Wuk emme nog van leevn (Genet Records 2024)
1. Ertzeer
2. Brandstoake
3. Plukkevort
4. Tenn oasem
5. Stier bie d’hoarns
6. Huidhonger II
7. n’ Ofgrond
8. Corbiaar
9. Zerkemos
10. Wuk emme nog van leevn
