Het Duitse Ultha hebben we vanaf diens oprichting in 2014 nauwlettend gevolgd. Zowat alle releases, met uitzondering van de allereerste rehearsal-tape, de split met Morast en de live-registratie op Roadburn, zijn aan onze kritische pen gepasseerd. Het gezelschap met leden van Planks, Goldust, Ghostrider, Atka, Curbeaters en Sun Worship hebben we gestaag weten uitgroeien tot misschien wel de interessantste black metal-band die er de afgelopen jaren bij onze oosterburen rondliep. Eerder deze week werd de nieuwe EP “Belong” op de mensheid losgelaten om kortelings daarna aan te kondigen dat de stekker er voor onbepaalde duur uitgaat met misschien enkel een kort ontwaken indien er zich interessante live-aanbiedingen voordoen. De output van het kwintet werd aan een moordend tempo uitgekakt, wat nu zijn tol eist. Lovenswaardig is echter dat deze creatieve maalstroom geen inboeting aan kwaliteit inhield. Er werden iets meer dan 200 minuten muziek gecomponeerd waarvan er 38 worden ingenomen door “Belong“. Gelukkig een vette kluif aangezien er ‘slechts’ twee songs op prijken. Deze – hopelijk voorlopige – zwanenzang verschijnt via Vendetta Records, het label dat Ultha op de undergroundkaart zette (enkel de laatste langspeler “The inextricable wandering” verscheen via het grotere Century Media). Wat ik altijd zo aan Ultha geapprecieerd heb, is hun tomeloze inzet, oprechtheid en volharding en de emotionele doorleefdheid die in hun black metal vervat zit (iets wat ik bij veel nieuwere bands toch wel mis). De triomfantelijk keys die zich vanaf de “Dismal ruins” EP een weg baanden doorheen hun zwartgeblakerde brok emoties, zijn ook nu weer van de partij en zetten de gevoelens van onvermogen, desoriëntatie en verstikkende eenzaamheid nog extra in de verf, voor zover de pakkende riffs en beklijvende vocalen de gevoelige snaar al niet wisten te raken. Ik heb de high pitched screams van zanger/bassist Chris Noir meer en meer weten te appreciëren en kan ze nu niet meer wegdenken. De diepere growls van gitarist/songschrijver Ralph Schmidt zorgen voor een aangenaam contrast en links en rechts werden ook geslaagde heldere zangpartijen toegevoegd. De eb-en vloed-aanpak resulteert in “No fire, only smoke” weer in een zinderende finale om duimen en vingers bij af te likken. “Constructs of separation” klinkt enorm duister, wat nog extra in de verf gezet wordt door de onheilspellende orgelklanken die in het begin van het nummer aangewend worden. Dit geflirt met gotische elementen maakt dat “Belong” muzikaal als het bruggetje gezien kan worden tussen het geniale “Converging sins” (2016) en de meer experimentele opvolger “The inextricable wandering” (2018). Wie de band nog eens aan het werk wil zien alvorens ze zich in een winterslaap wentelen, kan dat tijdens de lopende tour die op 7 december in Keulen eindigt op het Unholy Passion Fest waarop naast Ultha ook Turia, Naxen, Gold en Endstille van de partij zullen zijn. Ultha: you will be missed! Hopelijk vindt Ralph nu de tijd om het geniale Planks terug van onder de mottenballen te halen.
JOKKE: 89/100
Ultha – Belong (vendetta Records 2019)
1. No fire, only smoke
2. Constructs of separation