We hebben er tien jaar op moeten wachten, maar de nieuwe Absu is er eindelijk. Die kwam er echter niet zonder slag of stoot en verschijnt uiteindelijk onder de naam Proscriptor McGovern’s Apsû. Proscriptor ontbond Absu immers op 27 januari 2020 nadat er enkele onoverkomenlijke toestanden waren gebeurd (gitariste Vis Crom outte zich als transgender en daar reageerde de Texaanse bandleider niet al te proper op). Even leek de toekomst onzeker te zijn, maar uiteindelijk maakte Proscriptor dus een doorstart en vernoemde de band naar “Apsû” wat jaren geleden als sluitstuk van de trilogie met voorgangers “Absu” (2009) en “Abzu” (2011) aangekondigd werd. Bassist/zanger Ezezu, die toch ook al weer sinds 2008 bij Absu speelde, is ook in deze doorstart actief en de nieuwe leden zijn gitaarvirtuoos Vaggreaz (Possessed/Gruesome) en de Griekse keyboardspeler Vorskaath (Zemial, Agatus, ex-Varathron).

De eerste vier legendarische Absu-platen verschenen via het al eveneens legendarische Osmose Productions. Na “Tara” uit 2001 werden de rangen een eerste keer grondig herschikt waarbij Proscriptor alleen overbleef, bijgestaan door enkele nieuwe krachten. Voor de eerste twee delen van de trilogie werd een samenwerking met Candlelight aangegaan, maar dit slotstuk verschijnt op het Poolse Agonia Records, een label dat de laatste jaren heel wat van zijn pluimen verloren heeft (ondermeer door met het verguisde Inquisition samen te werken). Het magistrale coverartwork lijkt heel hard op dat van onze landgenoot Kris Verwimp (waarmee de band jarenlang samenwerkte) maar is van de getalenteerde hand van Zbigniew Bielak (o.a. Watain, Ghost en zo veel meer bands).

Ondanks de vele wijzigingen is de unieke mythologische, occulte metalsound van de band nog steeds aanwezig, net als de avant-gardistische songtitels trouwens, waar een leek in occulte magie kop noch staart aan krijgt. De Keltische invloeden van het oude werk zijn wel voorgoed naar de achtergrond verbannen en schemeren enkel in het outro “Totemic thresholds” nog door. De overige veertig minuten zijn heel intens en verschroeiend te noemen. Sinds “Absu” begon de band veel meer met progressieve elementen te spelen en werd de black/thrash magie een heel pak technischer met deze nieuwe plaat als overtreffende trap.

Vaggreaz shredt dat het een lieve lust is en plaatst een heus aantal effectieve gitaarlicks en solo’s in de opzwepende black/thrash vol chaotische en onvoorspelbare riffs. Dat Proscriptor naast een maniakale zangstijl – inclusief een hoge ballen-tussen-het-portier-van-de Porsche-schreeuw – over een onnavolgbare drumstijl beschikt, laat hij ook nu weer 12 nummers lang horen. De breaks en roffels vliegen ons tegen honderd per uur rond de oren en de man lijkt wel over een extra stel ledematen te beschikken. Als je dan weet dat hij live zowel de zang als het drumwerk op zich neemt, mogen we gerust over een muzikaal genie (en topsporter) spreken. Met Vorskaath heeft de band nu ook een volbloed keyboardspeler in de gelederen maar verwacht geen symfonische toestanden want zijn bijdrage richt zich eerder op het injecteren van allerhande geluidseffecten, samples en subtiel geplaatste toetsen. Vooral meer naar het einde van de plaat neemt zijn rol toe in ondermeer “Prana: Therion: Akasha“, “Tantrums of Azag-Kkû” en “The coagulating respite” waarin tevens een fluit opduikt, een mooie en onverwachte verrassing in de dicht geplamuurde geluidsmuur die de heren optrekken.

Een Absu-plaat is natuurlijk niet compleet zonder gastbijdragen en enkele van de vele gitaarleads die door het mythologische universum klieven, zijn deze keer van de hand van Ross Friedman (Ross The Boss/ex-Manowar), Rune Eriksen (Aura Noir, Vltimas, ex-Mayhem), Alex Colin-Tocquaine (Agressor) en The Dark (Agatus).

Ook al zijn er slechts twee nummers die boven de vijf minuten afklokken, het drukke karakter van de muziek en het ontbreken van adempauzes maakt van deze self-titled plaat een werkje waar je een paar keer deftig voor moet gaan zitten alvorens alle puzzelstukjes op zijn plaats vallen. Absu’s “The third sorm of Cythrùaul” en “The sun of Tipareth” zullen ongetwijfeld voor altijd mijn favorieten blijven, maar van de laatste drie, meer technische platen smaak ik deze nieuweling wel het meest, ondanks het feit dat het hun meest complexe output tot op heden is. Een dolle rollercoaster dit “Proscriptor McGovern’s Apsû” waarop Proscriptor laat horen sterker dan ooit als een feniks uit zijn eigen assen herrezen te zijn. Geef de plaat de nodige tijd om te rijpen is mijn advies.

JOKKE: 82/100

Proscriptor McGovern’s Apsû – Proscriptor McGovern’s Apsû (Agonia Records 2021)
1. Amenta: Accelerando: Azyn including hierophantasmal expounder
2. Esoterically excoriating the exoteric
3. Quasaric pestilence
4. Mirroracles
5. In-betweeness gateway commuters
6. Jupiter in Capricornus
7. Dedicated to Thoth, but Azathoth wasn’t listening (A necroloquy)
8. Caliginous whorl
9. The coagulating respite
10. Prana: Therion: Akasha
11. Tantrums of Azag-Kkû
12. Every watchtower within is the axis of a watchtower without including totemic thresholds