Nog geen drie maand na de release van de vijfde Kêres langspeler “Vexilloid” en diens wormvormig aanhangsel “The king sleeps without tears” EP, staat de Finse onemanband wederom paraat met de nieuwe full-length “Eidolon abraxas“. Op basis van het coverartwork lijkt Atvar zich deze keer in thema’s als gnostische mystiek en Romeins-Griekse filosofie te verdiepen. Zo verwijst “abraxas” naar een term met mystieke betekenis in het denksysteem van de gnosticus Basilides, dat werd toegepast op de Grote Archon, de heerser van de 365 sferen en bestuurder van het aardse noodlot. Eidolon is dan weer een woord uit het oud-Grieks dat synoniem staat voor een drogbeeld of hersenschim.
Op platen als “Ice, vapor and crooked arrows” en vooral “Vexilloid” werd een meer old-school geluid opgezocht dat het midden hield tussen doomy slepend en meer rockend spul, maar op “Eidolon abraxas” keert Atvar terug naar meer obscure en experimentele gebieden waarbij een hypnotiserende repetitiviteit centraal staat. De oude mid-tempo blackmetalinvloeden van bands zoals Barathrum, Beherit, vroege Samael of de Helleense scene zullen waarschijnlijk nooit uit de Kerês-sound verdwijnen, maar zijn kolkende manier van riffs spelen wordt gemengd met elementen die zijn stijl beter karakteriseren zoals de dreunende maar steeds o zo melancholische melodieën vergelijkbaar met albums als “Battle secrets” en “Book of desire“.
Subtiele keyboardlijntjes verleiden ons op de achtergrond van de opener “Augurs speak“, meteen ook het langste nummer op “Eidolon abraxas” of het meer dreunende “Eidolon“, terwijl de synths in “Signs” meer op de voorgrond treden. In afsluiter “Bones fall” zorgen ze zelfs voor een lichtpuntje in de atmosfeer die voorts vrij deprimerend overkomt. De sound van de gitaren lijkt soms zo van een oude Burzum-plaat te zijn weggelopen en in korte ‘tussendoortjes’ zoals “Columns“, “Trudge” en “Tide” gaat Kêres volop voor een dungeonsynthaanpak, een methodiek waarvan ik zelfs na meerdere luisterbeurten nog niet goed weet of ik ze nu wel of niet vind werken. Ergens verwacht je dan ook een dungeonsynthoutro maar “Bones fall” trekt de elektrische stekker er vrij abrupt uit.
De productionele stempel van de Elemental Cavern-studio (o.a. Circle Of Ouroborus en Venus Star, twee andere projecten van Atvar, maar ook Cosmic Church en Frozen Graves) is weer erg herkenbaar en het mag gezegd worden dat deze plaat de nodige overeenkomsten vertoont met het plaatwerk van een band als Starcave, eveneens collega’s die in deze studio bivakkeerden, vooral in het zeer kenmerkende, cleane maar pulserende en meeslepende basspel in een song als “Turbid churns call“. Wederom een erg puike en genietbare plaat van de onnavolgbare Atvar en zijn Kêres, hoewel ze door de sterk teneergeslagen teneur en dronende repetitiviteit minder toegankelijk is dan zijn meest recente voorafgaande werk.
JOKKE: 80/100
Kêres – Eidolon abraxas (His Wounds 2024)
1. Augurs speak
2. Columns
3. Eidolon
4. Trudge
5. Signs
6. Turbid churns call
7. Tide
8. Bones fall
