Naast stoere trve kvlt promofoto’s heeft Alex Poole nog iets anders geleerd uit zijn samenwerking met Swartadauþuz bij Gardsghastr, namelijk het idee om voor elk album dat je schrijft een nieuw project te beginnen. Zodus begint Poole ondertussen een even brede discografie op te bouwen met projecten als het hiervoor vernoemde Gardsghastr, Ringarë, Chaos Moon, Entheogen, Skáphe, Guðveiki, Krieg, Martröð en dan nu het nagelnieuwe Häxanu dat aan de reeds indrukwekkende lijst wordt toegevoegd (en die van Poole één van de meest veelzijdige muzikanten in het huidige landschap maakt). Met “Snare of all salvation” behoudt hij de welgekende formule die hij al enkele jaren aanhoudt: snijdende riffs die je terugkatapulteren naar de jaren negentig met een subtiele laag aan keyboards, rauwe maar heldere en haast verstaanbare vocalen en een fantastische productie. Amor Fati Productions staat in voor de release, en zij weten ons te vertellen dat “Snare of all salvation” gaat over de studie van alchemie (vandaar ook alle symboliek op de albumhoes) en de poging de Toren van Babel de beklimmen vanuit een esoterisch, neoplatonisch standpunt. Voor lyrische en esoterische overpeinzingen verwijs ik jullie door naar de booklet van de fraai uitziende vinyl-uitgave.

Häxanu ligt qua stijl wat in de lijn van Ringarë en Gardsghastr maar legt minder nadruk op keyboards. Het gevarieerde drumwerk heeft Poole deze keer zelf op zich genomen in plaats van hier de getalenteerde Jack Blackburn (Entheogen, Chaos Moon) voor in te schakelen, en dat gaat hem bijzonder goed af. Na een korte intro trapt “Materia prima” de drie kwartier ingenieuze black metal in gang met melodieuze maar ijskoude riffs en een spervuur aan blast beatsalvo’s. Ondanks de thematiek horen we hier geen occulte hocus-pocus frasen of clean gezongen incantaties, maar houdt de Amerikaan het op rechttoe rechtaan black metal. Cátchy black metal zelfs, want sommige riffs blijven dagenlang terug in je hoofd opduiken, zoals het begin van “Sulfur, salt, mercury”. Dit pallet wordt gecomplementeerd door de vocalen van de mij onbekende zanger L.C., die naast vrij felle screams regelmatig eens een keelgeluid voortbrengt dat meer op roepende grunts dan screams lijkt, een dynamiek die het rijke klankenpallet enkel meer in de verf zet. “Smaragdina” heeft dan wat meer weg van later werk van Chaos Moon, maar het volledige album bouwt een half uur lang op naar de mastodont die na het melodieuze “Anima mundi” komt: de zeventien minuten durende afsluiter en tevens titelnummer dat “Snare of all salvation” is. Dit nummer alleen al toont hoe meesterlijk Poole is als componist: van een rollende, zich herhalende riff wordt gas teruggenomen om het meest atmosferische deel van het album (denk aan het afsluitend titelnummer van Chaos Moons “Eschaton Mémoire”) in te leiden, dat rustig opbouwt naar een furieuze ontknoping rond de zevende minuut. Rond de tien minuten komen wat semi-akoestische tokkels (nog zo’n knipoog naar zijn samenwerking met Swartadauþuz) alvorens het album richting het einde te laten kabbelen.

Variatie troef op “Snare of all salvation” dus, en dankzij het hoge gehalte aan catchiness is het een album dat na meerdere luisterbeurten zeker niet gaat vervelen. Net zoals zijn kompaan van de Ancient Records stal heeft Alex Poole precies een onvermogen om slechte muziek te schrijven, en dat juichen we hier van harte toe. We zijn nog maar april, maar Häxanu komt zonder enige twijfel in de jaarlijst terecht.

CAS: 92/100

Häxanu – Snare of all salvation (Amor Fati Productions 2020)
1. The pale
2. Materia prima
3. Sulfur, salt, mercury
4. Smaragdina
5. Anima mundi
6. Snare of all salvation