Psycho-analyse stoelt, als ik het goed begrepen heb, op het idee de patient/cliënt zijn eigen moeilijkheden onder woorden te laten brengen waarbij de therapeut zich beperkt tot de rol van gids. Op mij heeft dat altijd een beetje een goedkope indruk gemaakt, ik neem aan dat als je mensen maar laat kwebbelen ze vroeg of laat inderdaad wel een waarheid of waarheden omtrent zichzelf ontdekken. Eén van de belangrijkste instrumenten ter interpretatie van wat er gezegd wordt bestaat uit de theorie van betekenisverdringing of -verschuiving, oftewel het gebruik van sleutelwoorden en -zinnen teneinde iets uit te drukken dat te bedreigend/moeilijk/onbekend is om onder woorden te brengen. Kortom, de ‘terugkeer van het verdrongene’ geeft aanleiding tot denken dat Unru ergens een grondvest heeft, een theoretisch fundament van waaruit zij de realiteit willen benoemen. Ik hou van die indruk; ook al ben ik niet direct gewonnen voor een Freudiaanse invalshoek, toch hebben bands die iets anders proberen dan plat ‘heil satan’-geraas bij mij een streepje voor.
Unru komt uit Bielefeld, Duitsland en bestaat voor vier vijfden uit nobele onbekenden – de man achter ‘L.’ kunt u kennen als de keyboardist en mede-zanger van Sun Worship of Ultha, wat ook al ergens een aanduiding geeft omtrent hetgeen u kunt verwachten. Op zich zou “het kindje van Ultha en Wolves in the Throne Room” nog niet zo’n slechte omschrijving zijn; verwacht u dus niet aan Lunar Aurora-achtig razen. Deze plaat is uitstekend geproduceerd, evenwichtig en met respect voor alle instrumenten. Zelfs de bas is hoorbaar, zolang Unru tenminste niet op topsnelheid speelt.
“Die Wiederkehr des Verdrängten” trapt af met een song die in de promo droogweg “Intro” heet en op Metal-Archives “Kråkstad” – en het is een verrassende song. Melodieus, melancholisch, ietwat onheilspellend… fantastisch, alleen duurt de song zeven minuten en, wel, het is dus een intro. De rest van de plaat hoor je er ook niks van terug. In mijn ogen een gemiste kans om een zo lange intro aan de plaat als geheel te koppelen. Het metalgedeelte van de plaat trapt af met het titelnummer. Ik moet toegeven, ik was direct mee. Een stevige, ietwat lompe riff ramt je gehoor binnen. Al snel bewijst Unru een stevige pot metal te kunnen brouwen. Sargeist it ain’t, vooral niet vanwege de leadgitaar die altijd stevig in melancholie en zorg geworteld blijft, maar dit zou zomaar op een plaat van Sun Worship kunnen staan. En dat is wat mij betreft een vrij groot compliment. Het titelnummer is ook het kortste op de plaat. Volgens mij doet dat er veel toe om het zo’n goede song te maken, want de drie volgende nummers gaan allemaal vlotjes over de tien minuten. Op zich ook geen probleem, zo gaan de eerste vijf minuten van “Ein Hauch der Freiheit” vlot voorbij met opnieuw vrij up-tempo, gevarieerde black metal. Rond de drie, vier minuten komt passeert er zelfs een opmerkelijk mooi stuk waarbij boven de razende black een ijle vrouwenstem wordt gedrapeerd. Meer van dat, graag.
De mindere kant van de plaat komt wanneer Unru gas terugneemt – ik zeg niet dat die stukken op zich slecht gespeeld zijn of geen emotionele lading dragen, verre van zelfs. Alleen gaan ze, net als het intro, iets te lang door, waardoor ik de indruk krijg dat er gespeeld wordt om de song te rekken; in het tweede deel van “Ein Hauch der Freiheit” wordt dezelfde lead-riff toch met minimale variatie herhaald. En herhaald. Ik wil op de kwaliteit van die riff niet afdingen, noch wil ik ontkennen dat herhaling binnen een blackmetalalbum heel goed kan werken. En wanneer een band een goede riff ten volle wil inzetten kan ik dat enkel maar toejuichen. Het valt echter op dat ook “Eintausend Stimmen” en “Hungersteine” in hetzelfde bedje ziek zijn. Vooral die laatste song slaat wat mij betreft iets te ver door naar postmetalgebied, waarbij een eenzame, zichzelf herhalende riff de eerste drieënhalve minuut boven een weinig interessante achtergrond zweeft. Wanneer in ongeveer de helft van de song een nieuwe opbouw begint zonder dat de vorige tot een deftige conclusie op climax komt, dan begin ik me toch wat vragen te stellen. Ik begrijp dat Unru muziek wil maken die ruimte biedt voor introspectie, maar ook dat moet interessant blijven.
Met deze plaat levert Unru vooral het bewijs dat ze een band zijn om in de gaten te houden want in “Die Wiederkehr des Verdrängten” zit een heel goed album verscholen van zo’n 40 minuten. Daarom ook nu al een stevige score. Unru heeft immers wat nodig is en dit is allesbehalve een slechte plaat. Ze duurt alleen te lang. Of, correcter, ze slaagt er niet in de aandacht vast te houden voor de volledige duurtijd.
BERT: 76/100
Unru – Die Wiederkehr des Verdrängten (Babylon Doom Cult Records 2022)
1. Kråkstad
2. Die Wiederkehr des Verdrängten
3. Der Hauch der Freiheit
4. Hungersteine
4. Eintausend Stimmen
Ik kan me vinden in het commentaar op de te lange intro. Ik ben daar nooit groot fan en deze duurt inderdaad te lang. Ik kan me minder goed vinden in het commentaar dat het album te lang zou duren. Ik word juist compleet opgeslokt door de muziek en voor mij werkt het welhaast hypnotiserend met schitterende afwisselingen tussen dromerig en woest. Ik reageer vrijwel nooit op reviews, het is per slot van rekening de mening van de schrijver. In dit geval vind ik de beoordeling echter te laag en vind ik niet dat dit recht doet aan dit waanzinnige album.
Ik sluit me volledig bij jou aan en scoor deze ook een pak hoger. Jokke